Namens het Collegie van Gemeente-Geneeskunstoefenaren
Dr. G. H. Muller, Voorzitter.
Dr. Hendrik de Jong, Secretaris.
waarmede de aanwas van
voor honderde huisgezinnen hand
Steeds blijft de Geneesheer van de 3de onderstandswijk boven
alle zijne andere Collega’s zich sterk bezwaard gevoelen met de
enorme uitgebreidheidwelke de nieuwe wijkvcrdeeling hem ter
waarneming heeft opgelegd.
Billijk zoude het wezen, hem daarin te gemoet te komen zonder
zijne overige ambtgenooten met een gedeelte van zijn overmatigen
arbeid te bezwaren en wenschelijk ware het uit dien hoofde, bij
de steeds aangroeijende grootere uitgebreidheid der residentie
hofjes en sloppenals bergplaatsen
aan hand gaat, dat een nieuwe
Collega uitsluitend lelast werd met de geneeskundige dienst van al
wat in den buitenomtrek der residentie geneeskundige hulp be
hoeft, opdat alzoo voor al de Gemeente-Geneeskunstoefenaren eeue
gelijkmatige verdeeling van arbeid worde verkregen.
Overtuigd als wij zijn dat bij epidemiën, gelijk nu weder sinds
6 weken de mazelen heerschen, het onmogelijk wordt velen der
op verren afstand wonende lijders behoorlijk van geneeskundige
hulp te voorzientegelijk dat er binnen de residentie zulk een aan
zienlijk getal lijders het dagelijksch bezoek vordert, herhalen de
Gemeente-Geneeskunstoefenaren met beleefden aandrang het ver
langen van hun Collega, en bevelen tevens hun aller belangen tot
zooveel mogelijk rigtige waarneming hunner op den duur moeije
lijke en niet zelden gevaarvolle ambtsbetrekkinghet Burgerlijk
Armbestuur der residentie ernstig aan.