S kundige brengen een inwonend liulp- bij ontstentenis van den Geneesheer-Directeur door het vertrek van den Heer J. L. Chanflevky van IJsselsteyn naar Amsterdam hoe exceptioneel dit geval ook overigens moge zijn. Van evenbedoeld vertrek aldus gewag makende, zij medege deeld dat door den Raad dezer Gemeente aan den Heer doctor J. L. Chanfleüky van IJsselsteyn, Geneesheer-Directeur van het Gasthuisop verzoektengevolge zijner benoeming tot hoog- leeraar aan het Athenaeum illustre te Amsterdam is verleend ont slag op de meest eervolle wijzemet ingang van den Isten No vember 1867, onder dankbetuiging voor de vele en hoogst belang rijke diensten door hem èn als Geneesheer, èn als Directeur van het Gasthuis aan de Gemeente bewezen. Alhoewel de wijze waarop dit eervol ontslag verleend werd reeds welsprekend genoeg isgevoelen wij ons niettemin gedrongen hierbij nog te verklaren, dat het vertrek van den Heer vanIJsselsteyn, hoezeer wij de vereerende onderscheiding hem te beurt gevallen erkennen met het grootste leedwezen door ons is gezien. Het is ons dan ook eene ware behoefte van hem in allen op- zigte met den grootsten lof te gewagenen in het bijzonder dankbaar te herdenken zijne uitmuntende regeling en inrigting der genees- en huishoudelijke dienst in het gesticht en het tot stand van zoo vele zakendie thans de duurzame grondslagen uitmaken van een goed en geregeld beheer. Was de Heer van IJsselsteyn door zijne veel omvattende en grondige kennis als Geneesheer en hoofd van het gesticht het Gasthuis tot sieraaden regtvaardigde zijn persoon de goede verwachtingen dat deze nog zoo jeugdige inrigting allengskens aan haar groote doel zou beantwoorden, wij vleijen ons echter hoezeer die ver wachtingen door zijn vertrek onder zijne leiding niet ten volle konden verwezentlijkt wordendat de door hem opengelaten plaats op waardige wijze zal worden vervuld. Door de reeds vermelde benoeming van geneesheer bestond eene zeer geschikte gelegenheid tot opdragt der waarneming van de met den Isten November 11. vacerende betrekking van Geneesheer-Directeur, te meer daar wij, op grond der ver kregen ervaring, den hierbedoelden titularis die dienstvervulling met de grootste gerustheid konden toevertrouwen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1867 | | pagina 107