I hebben beide patiënten deze ziekte door vervoer over dien corridor gekregen. In een voorgaand verslag werd op het gemis van dampbaden en medicamenteuse baden gewezenik kan dus nu volstaan met op deze leemte te wijzen. De overige behandelde zieken hebben meer belang voor den behandelenden geneesheer, als dat zij vermelding verdienen in dit verslag. Ook in dit jaar werden door de heelkundigen talrijke grootere en kleinere chirurgische operatienbijna zonder uitzondering met goed gevolg, verrigt. Verlossingen waren er niet vele: in de eerste afdeeling 14. Slechts bij eene dezer was de hulp van den obstetricator noodig. Bij de overigen was de hulp der vroedvrouw voldoende. In de tweede afdeeling hadden 9 natuurlijke verlossingen plaats. De patiënten in de tweede afdeeling leveren weinig bijzonders op. Het hooge getal der verpleegdagen in die afdeeling werd reeds in een voorgaand verslag voldoende verklaard. Over de zoo moeijelijk te handhaven orde in die afdeeling mogt men voldoende tevreden zijn, dank zij de uitstekende oppasseres, die met de zorg over de aldaar verpleegde vrouwen belast was. Wat de verpleging der patiënten betreft, deze onderging in het afgeloopen jaar geene verandering. Voeding, kleeding, ligging, enz. reeds vroeger deugdelijk bevonden, bleven ook nu aan ge neesheer en verpleegden genoegzaam voldoen. Ook in de eigenlijke ziekendienst bleef de regeling dezelfde. Met het doel om een geschikter mannelijk dienstdoend personeel te verkrijgenwerden getrouwde buitenwonende oppassers benoemd tegen eene belooning van 5.50 in de week. Op dit oogenblik hebben wij drie buitenwonende oppassers in dienst, die zeker, wat hun zedelijk gedrag aangaat, ver boven de andere staan; doch ook deze kan men nog niet uitstekende noemen. De oorzaak ligt voor de hand: de belooning is niet groot; de bezigheden be- hooren niet tot de aangenaamstevoor de betrekking melden zich slechts lieden aandie om de eene of andere reden buiten hun werk geraakt zijn. Een geschikt werkman heeft een beroep, dat hem ligt meer opbrengt dan de hier toegestane belooning. Toch

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1867 | | pagina 121