7 zich doen kennen als een rechtschapen man en als een ijverig behartiger der belangen van de Burgerij. De, gedurende het jaar vastgestelde Plaatselijke Veror deningen, zijn: 7 Strafverordeningenals van den 2den Januarij 4867 (Verz. n°. 308)betrekkelijk de verpligling der eigenaren van aangrenzende landen, om de togten en slooten, welke Burgemeester en Wet houders zullen aanwijzente doen beschoeijen b. dat van Burgemeester en Wethouders uit Jhr. Mr. F. G. A. Gevers Deynoot Burgemeester. E. B. Baron Wittert van Hoogland, Wethouder. Mr. H. Baron Gollot d’Escury Mr. F. M. Baron van der Duyn, Mr. J. P. Vaillant, c. De lijst der Gemeenteambtenaren en bedienden werd opgenomen in hel Verslag van 4866. In het personeel der Gemeenteambtenaren hebben de volgende veranderingen plaats gehad: Aan den Heer J. L. Leijendekker werd op zijn ver zoek eervol ontslag verleend als 2de Klerk ter plaatselijke Secretarie, 2de afdeeling, en in zijne plaats werd als zoodanig benoemd de Heer K. H. Terwinkel, toen Sur numerair op eene wedde vanf 300 De betrekking van Surnumerairwerkzaam bij de 3de afdeeling, werd vervuld door de benoeming van den Heer L. H. Barbier op eene wedde van - 400 PLAATSELIJKE VERORDENINGEN DOOR DEN RAAD GEDURENDE HET JAAR VASTGESTELD.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1867 | | pagina 13