9 besluit van den 9den December 1867, n°. 69 (Verz. n°. 326 en 327)regelende de plaatselijke belasting op de hon den. 4 Instruction als voor den opzigter der Burgerlijke Begraafplaats, vast gesteld den 25sten February 1867 en door den Raad goedgekeurd den 26sten Maart 1867 (Verz. n°. 312); voor den Controleur der Gemeentebelastingen, door den Raad vastgesteld den 7den Mei 1867 (Verz. n°. 314); voor den inwonenden hulpgeneesheer van het Gasthuis van den 17den Mei 1867 (Verz. n°. 316); voor de ambtenaren, belast met hel houden van toezigt op het doen van behoorlijke aangifte voor de plaatselijke belasting op het houden van honden, van den 20sten Mei 1867 (Verz. n°. 317); terwijl den 11 den December 1866 art. 2 der Instructie van den Onderwijzer der Gemeentegymnastiekschool is gewijzigd, welke wijziging later door Ileeren Gede puteerde Staten van Zuid-Holland voor kennisgeving is aangenomen. Geene Verordeningen of andere bepalingen werden ver nietigd of geschorst. Van de voornaamste in den Gemeenteraad behandelde onderwerpen is de beknopte en zakelijke opgave, als volgt: Het aandeel van het Burgerlijk Armbestuur in legaten, aan de algemeene armen vermaakt; De Gemeentebegrooting voor 1868; De Gemeenterekening over 1866; Het in druk uitgeven van den Inventaris van het Oud Archief; De mededeeling hiervan werd in 1867 ontvangen en nit dien hoofde geschiedt de vermelding van de wijzising dezer Instructie in het Verslag over 1867.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1867 | | pagina 15