gekomenin art. 43 a en 49 b der Verordening Met eenige voldoening mogen wij terugzien op vier getuigschriften verleend aan hendie hem meest nabij kwamen. Van de 13 leerlingen, die de tweede klasse uitmaakten, zal insgelijks slechts één overblijvendie bij het examen wèl vol deeddoch naar het gevoelen der meeste leeraars, mede uithoofde van zijnen jeugdigen leeftijd best deed nog een jaar van voor bereiding in deze klasse zich ten nutte te maken. Drie prijzen werden in haar toegekendomdat nagenoeg gelijke aanspraak aan de zijde der drie eerste namen bestonden zijn drie getuig schriften aan de naastvolgenden toebedeeld. De derde klasse telde bij den aanvang 10 leerlingen twee hunner volgden de lessen ten einde toe, doch verlieten daarna het Gymnasium; zes anderen zullen tot de hoogste klasse overgaan de twee overigen zich nog een jaar moeten oefenen om volkomen geschikt te zijn voor den laatsten wedstrijd. De verdiensten van den primus en secundus evenaren elkander derwijze, dat aan beiden een prijs zal worden uitgereiktalsmede twee getuigschriften aan de twee volgende op de ranglijst. Gelijk hierboven reeds werd aangetee- kendzullen de vijf leerlingen der hoogste klasse allengenoeg zaam voorbereid tot de academische lessenworden gepromoveerd twee prijzen zijn behaald door de Heereu Rendler en Bouberg Wilson die zich gedurende hun verblijf aan het Gymnasium steeds hebben onderscheiden door vlijtgedrag en vorderingen en van wie wij de gunstigste verwachtingen koesteren. Aan den Heer van Hogendorp is een getuigschrift met volle regt toege wezen. De tijd is nu u°. 250 bedoeld, het vierjarig tijdperk van overgang, daar die zonder schokken is geschied. Zoo er onder de leerlingen enkelen waren van wie buitengewone inspanning gevorderd werd om niet in den kamp te bezwijken, de vrucht van dien arbeid zal voor hen niet verloren gaan. In het vervolg zullen onze eischen bij het admissie-examen worden gesteld naar de bepaling van art. 43 abeneden dat peil kunnen geene adspiranten worden toegelaten. Eenige toegeeflijk heid moet vooreerst ten aanzien van de natuur- en scheikunde worden betoond, aan onze Hoogere Burgerschool was het onder wijs in laatstgenoemd vak door herhaalde afwisseling van leeraars

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1867 | | pagina 173