VERSLAG nopens den staat van handel en
nijverheid in de Gemeente ’s Gravenhage
over het jaar 1867.
Bijlage FF.
I.
Algeniecne beschouwingen.
punten bijkans geheel te
natuurlijk gevolg van den
de veeziektedie in het
De nadeelige invloed welken de politieke gebeurtenissen in het
jaar 1866 uitoefenden op den handel en de nijverheid, was in het
afgeloopen jaar nog niet geheel uitgewischt. Op beiden drukte
de schokdie het vertrouwen had geleden en dat vooral niet
werd hersteld op het gezigt der aanhoudende krijgstoerustingen,
waaraan door verschillende Gouvernementen aanzienlijke sommen
werden besteed, en die ook der Nederlandsche schatkist op be
langrijke offers kwamen te staan. De onzekerheid, of de volgende
dag het uitbarsten van den oorlog zou aankondigenhield van de
uitvoering van belangrijke ondernemingen terug; zoodat de voor-
zigtigen in den lande zich bepaalden tot voortzetting of voltooijing
van het aangevangen werk, maar er slechts noode toe overgingen,
om iets nieuws op touw te zetten. Inzonderheid is het, wat
's Gravenhage aangaat, zigtbaar hoeveel het crediet heeft geleden
in de trage voortzetting van het aanbouwen van woningen in het
zuidelijk gedeelte der Gemeente. Die aanbouwweinige jaren
vroeger met zooveel ijver aangevangen, werd in 1867 slechts
flaauw voortgezetom op sommige
worden gestaakt.
Duurte der eerste levensbehoeften
slechts iniddelmatigen oogst en van
eerste halfjaar 1867 bleef voortdurenwerkte mede nadeelig op
het lot van den kleinen burger en handwerksman. De laatste
vond daarvoor, in zijn loon, geen genoegzame vergoeding.
Waren de staatkundige omstandigheden in het buitenland een
groot beletsel voor de ontwikkeling van handel en nijverheid
waarvan algemeene welvaart de heilrijke vrucht moet zijnde