verschoond. gehoudenkan als volkomen geslaagd worden aangemerkt. Onze visscherij werd daar op waardige wijze vertegenwoordigd getuige de gouden en de twee bronzen medailles, aan inzenders van Sche- veningen ten deel gevallen. Voorzeker hebben zij in die bekroo- ning grooter aanleiding tot zelfvoldoening gevonden dan in de belangstelling, door de ingezetenen van 's Gravenkage in deze zoo echt nationale Tentoonstelling aan den dag gelegd. De schaarsch- heid tochwaarmede zij door laatstgenoemden werd bezochtkan tot maatstaf strekken van hunne bekendheid met dezen zoo be langrijken tak van ons volksbestaan; maar levert te gelijk een ontmoedigend bewijshoe weinig het besef nog is doorgedrongen dat de visscherij den roem onzer Gemeente ook naar buiten ver hoogt. Ware dit anders, dan zou ongetwijfeld de eerste schrede ligter vallen op den weg, om van de belangrijke sommen, ten behoeve van Scheveningen als badplaats aangewendeen deel te bestemmen ten einde haarals visschersplaatseen waar dig standpunt te verzekeren. De visscherij met bommen bleef in 1867 De vaartuigen keerden allen behouden terug. Daar entegen was het verlies van netten aanzienlijk. Van de beman ning dezer vaartuigen viel één man over boord en verdronk. Een logger, behoorende tot de reederij van de Heeren Parser en Comp. verging. Van de daarop varenden vonden 11 visschers, te Schevenin gen te huis behoorende, hun graf in de golven. De stormsignalen schijnen buiten gebruik gesteld. De reddingsmiddelen ondergingen eene belangrijke verbetering. Het station der reddingmaatschappij werd in het afgeloopen jaar voorzien van eene reddingsboot, die, bij de gehouden proefvaart, volkomen aan de verwachting heeft beantwoord. Met ingenomenheid maken wij hier ter plaatse melding van de oprigting der Nederlandsche Maatschappij de Toekomstonder bestuur van den ijverigen en zaakkundigen Heer A. E. Maas. Deze Maatschappij oefent, met een onverwijld volgeteekend ka pitaal van ƒ400,000, de visscherij op groote schaal uit en zal weldra 7 loggerschepen in de vaart hebbenwelk getal aanzien- van groote rampen

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1867 | | pagina 242