32 1 brandmeester; 4 adjunctbrandmeestersen 40 spuitgasten. Buitengewone politiemaatregelen werden niet vereischt en de gewone hebben zich bepaald tot het handhaven van orde, het beschermen van personen en eigendommen en het toezigt op de nakoming van wetten en verorde ningen. De bijzonderheden omtrent de brandweer, de brand- bluschmiddelen en reddingtoestellen zijn opgenomen in het Gemeenteverslag over 1866. In 1867 is eene nieuwe brandspuit aangeschaft, bemand en in dienst gesteld, waardoor het personeel vermeerderd is met: De gedurende het jaar voorgevallen branden, die op merking verdienen, hadden plaats: op den 13den Mei 1867 in het huis n°. 27, op de Schedeldoekshavenwaarbij tegenwoordig waren de spui ten n°. 2, 3 en 7 en die van het regiment Grenadiers en Jagersalleen spuit 2 heeft water gegeven op den Isten December 1867 in de werkplaats n°. 117 aan den Zuidoostbinnencingeltegenwoordig waren de spuiten van het regiment Grenadiers en Jagers, al de Gemeentespuiten en die der Ileeren L. J. Enthoven en Comp., doch door de eerstgemelde spuit en die n°. 2 en 3 werd alleen water gegeven op den 22sten December 1867 in het in aanbouw zijnde gebouw in het Lange Voorhout, op den hoek der Korte Kazernestraat, waarbij de spuiten van het meerge melde regiment en die n°. 8, 6, 1, 5, 2, 3 en 7 tegen woordig waren en door de twee eerste alleen werd water gegeven. L.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1867 | | pagina 38