toegelaten, waardoor het gezamenlijk aantal tot 125 steeg; een
ander verliet de 3de klasse, uithoofde van verandering van woon
plaats in de maand November 1867, doch keerde reeds in April
1868 terug. Van de overigen verlieten de school in den loop
van het 2de kwartaal 2 leerlingen, van het 3de nog 3 anderen;
terwijl een jongeling na langdurige ziekte overleedzoodat de
cursus eindigde met een totaal van 120 leerlingen. Na de slui
ting verlieten nog 18 der oude kweekelingen de verschillende
klassen der school, zoodat van dezen 102 bij de opening der
lessen in September nog aanwezig waren; voor het toelatings
examen hadden zich 57 aspiranten aangemeld, van welke zich
enkelen echter de verwijzing tot eene lagere klasse niet lieten
welgevallen, anderen geheel niet konden worden toegelaten,
daardoor daalde het getal der nieuwelingen tot 45, en het
totaal cijfer der scholieren bij den aanvang van het nieuwe
schooljaar tot een gezamenlijk getal van 147, verdeeld over de
vijf klassenals volgt
Tot de 1ste klasse behoorden 26 leerlingen, onder welke 3
overgebleven van het vorig jaar; tot de 2de klasse 40 leerlin
gen waarvan 2 overgebleven van het vorig jaartot de 3de
klasse 37 leerlingen, van welke 6 overgebleven; tot de 4de
klasse 25 leerlingen, van welke 2 overgebleven; tot de 5de klasse
19 leerlingen, van welke 3 uit die van het vorigjaar; de overige
waren óf bevorderd uit lagere klasseóf nieuw toegelaten leer
lingen. Wij zullen in den verderen loop van dit Verslag ge
legenheid hebben uwe aandacht te vestigen op de onvermijdelijke
noodzakelijkheid door de talrijkheid der leerlingen te weeg ge-
bragt tot splitsing van enkele klassen en uitbreiding der lokalen.
Voltallig wasvoor de eerste maal bij den aanvang van dezen
cursus, het personeel der leeraars. Wij deelden in ons laatste
Verslag echter reeds mede, dat de leeraar in de Engelsche
taal- en letterkunde, R. Waed Buiklt, door aanhoudende
ziekte genoodzaakt was zijne opgevatte lessen te staken; dat
hij de tijdelijke waarneming van zijn onderwijs aan den heer
F. S. Gomm opdroeg, en zich verbond om vóór of uiterlijk op
1° April een besluit te nemen omtrent het al of niet hervatten
zijner taak. Rij Raadsbesluit van den 29sten October werd uwe