de ontwerper der Wet bij hare verdediging reeds waarschuwde maar dat zich telkens op nieuw vertoont; wij achten hel eene hersenschimmige vreesdat het onderzoek der stoffelijke wereld bij het opkomend geslacht leiden zal tot uitdooving der phan- tasie, en dus enthousiasme en nationalen zin dooden. Een blik op de bepalingen van Hoofdstuk I der Wet, de inhoud van elk programma op deze gegrondmoet allen redelijken twijfel ten dezen aanzien wegnemen; indien zelfs niet de ondervinding overvloedig geleerd had, dat de verbeelding op dien jeugdigen leeftijd een positief tegenwigt inzonderheid behoeft. Mate- rieele strekking en materialistische zin” worden holle klanken, als men onpartijdig nagaat in welke rigting en op welk gebied de geest wordt rondgeleid en de indrukken verkregen. Uit de verslagen omtrent de afgelegde examens die zonder eenige terughouding telkens ter algemeene kennis worden gebragt, blijkt ten duidelijkste dat op de gemaakte vorderingen der can- didaten in de vakken van taalkunde en geschiedenis althans niet minder wordt gelet dan op die in de wis- en natuurkunde. Van onzen kant geven wij aan den Gemeenteraad gaarne de meest stellige verzekering, dat wij zorgvuldig toezien om de studie van het letterkundig gedeelte in het programma onzer hoogere burgerschool met gelijken ijver te doen beoefenen als die der positieve wetenschappen. Voor den blaam van eenzijdige ontwikkeling, of voor vrees omtrent hare schadelijke gevolgen bestaat ook alhier geenerlei grond. De splitsing van twee klassen bragt niet alleen vermeerdering van het aantal leeraars mede, maar moest op uitbreiding der lokalen bedacht doen zijn. In ons jongst verslag wezen wij daarop, met vermelding tevens van een paar plannen, tot het verkrijgen van meerdere ruimtetoen buiten uitvoering gebleven. Nadat wij de laatste drie maanden door inrigting van twee ver trekken beneden, zoo veel doenlijk in de tijdelijke behoeften hadden voorzien, werd ons door Uwe goedgunstige beschikking ten opzigte eener verplaatsing van de 2de afdeeling, met den nieuwen jaarkring het gansche gebouw vrij gelaten voor de ver schillende klassen der hoogere burgerschool, wij kunnen alsuu eene betere teekcnzaal voor de lesspn openstellen en bovendien

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1868 | | pagina 138