zamenstellen van eenvoudige ornamenten; daarna een derde cursus van meer ingewikkelde compositiën. Ofschoon er nu van resultaten dezer hervormingbinnen zulk een kort tijdsverloop, moeijelijk sprake kan zijn, springen toch reeds het nut en de doelmatigheid der voordragten, welke de onderwijzer der eerste klassede heer Muijsken eiken Don derdag avond van 6| tot 7.1 ure houdt, zoodanig in het oog en blijkt de belangstelling der leerlingen in dit mondeling onderwijs, dat met tact en op populaire wijze wordt gegeven, zóó groot te zijn, dat men dezen cursus inderdaad als een Hinken stap voorwaarts op den goeden weg mag beschouwen. Deze voor dragten over het ornament, in verband beschouwd met de ver schillende vakken van kunst-industriezijn met de maand December aangevangen en worden door circa vijftig jongelieden onder welke leerlingen van de klasse bouwkunde en boetseren met grooten ijver bijgewoond. Alvorens het eigenlijke ornament te behandelen, heeft de heer Muijsken den leerlingen eenige een voudige begrippen en grondregels der schoonheidsleer medegedeeld en verklaard, en vooral de beteekenis van het aanbrengen van ornamenten uiteengezet. De groote teekeningen op zwart papier, door den heer Muijsken vervaardigd, waarop allerlei figuren, kern- en kunstvormen van voorwerpen, stijlen van ornament, enz. bijzonder aanschouwelijk zijn voorgesteld, dragen er niet weinig toe bijom dit mondeling onderwijs zeer aanlokkelijk en tevens hoogst leerrijk te maken. De Afdeeling Bouwkunde bestaat bij den aanvang van dezen cursus respectivelijk uit 4, 22 en 31 leerlingen. De klasse Geschiedenis der Bouwkunst met aesthetische behandeling der bouwstijle” wordt geregeld en vlijtig bijgewoond. Ook de cursus in de theorie der perspectief heeft elke week behoorlijk plaats. In December 1867 heeft de heer Blüm, directeur der Bur ger- dag- en avondschool alhiereen onderzoek ingesteld naar de bekwaamheden van zes leerlingen der 1ste klasse bouwkunde, die zich hadden aangemeld om naar de Rijksmedaille te dingen. Geen hunner voldeed echter aan de eischen, om tot het dingen daarnaar te worden toegelaten, zoodat er in de eerste klasse geen concours heeft plaats gehad.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1868 | | pagina 195