- tige wekstem tot bestrijding van het schoolverzuim opgegaan. Dat er te ’s Graven hoge schoolverzuim is, niemand zal het ont kennen, doch de plaatselijke schoolcommissie gelooft dat onze gemeente te dezen opzigte vergelijkenderwijs in een zeer gunstigen toestand verkeert. Zij schrijft dien gunstigen toestand niet enkel toe aan de zorg van het gemeentebestuur, dat reeds sedert jaren door tusschenkomst der afdeelingscommissarissen het schoolver zuim tracht tegen te gaanmaar ook aan de bijzondere gesteld heid onzer gemeente. Gebruik van kinderen beneden de 12 jaar voor fabriek- of voor veldarbeid komt hier zeldzaam voor. Wel worden de kinderen zeer dikwijls te vroeg van de ge meenteschool genomen, de jongens om een ambacht uit te oefenen, de meisjes om in het huishouden te helpen of eenig vrouwelijk bedrijf te leeren. Het getal kinderen uit den be- hocftigen stand, dat ten eenenmale verstoken blijft van lager onderwijs, is naar onze overtuiging, die het ons verheugt te kunnen uitspreken, betrekkelijk gering. Indien men, om de uitgestrektheid van het schoolverzuim te leeren kennen, het bovenstaand cijfertal van werkelijk school gaande kinderen vergelijken wilde met het getal kinderen tus- schen de 612 jaren, die men in deze gemeente onderstelde aanwezig te zijn, zou men eene verkeerde berekening maken. Onder dat cijfertal zijn, om niets anders te noemen, vele be grepen tusschen 12—18 jaren oud, die meer uitgebreid lager onderwijs ontvangen, terwijl daaronder velen niet zijn opge nomen, die in een of anderen vorm huisonderwijs genieten. De kinderen die ongeregeld school komenzijn allen of meeren- deels onder het bovenstaand algemeen cijfer van schoolgaande begrepen. Op hen worden de gewone straffen toegepast. Omtrent de andere kinderendie in het geheel niet schoolgaan of haar te vroeg verlaten, leveren de halfjarige verslagen der afdeelings-commissarissen ons eenige gegevens. Wij teekenen uit de ons laatst toegezonden verslagen aan, dat in de eerste afdeeling der gemeente waren 17 jongens en 21 meisjes, die wel voor de school waren aangegeven, maar nog niet waren toegelatenin de tweede afdeeling waren 7 jongens en 6 meisjes in de derde 2 meisjes; in de vierde 3 jongens en in de zesde

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1869 | | pagina 144