VERSLAG van Curatoren van het Gymnasium, nopens den staat van de 2de afdeelinggedu rende hel schooljaar 186869. Bijlage V. Bij de zamenstelling van dit verslag hebben wij op nieuw overwogen, of de wijze waarop onze mededeelingen en opmer kingen in de laatste jaren ter kennis van den Gemeenteraad zijn gebragtvoldoet aan het voorschrift der verordeningen aan de belangen van het onderwijs bij deze instelling. Niet onbekend toch bleven ons bedenkingen hier en daar gemaakt tegen de openbare, officieele kritiek van leeraars en leerlingen. Sommigen meenen, dat het ontzag voor de eersten lijdt bij onverbloemde afkeuring, of aanwijzing van gebreken: anderen oordeelen, dat loffelijke vermelding der jongelieden eigenwaan en ijdelheid voedt, terwijl een blaam, onverdiend soms uitge sproken ontmoedigen of verbitteren kan. Doch Curatoren moes ten zichzelven ernstig afvragen, wat „een uitvoerig en berede neerd verslag” in art. 29 der verordening (n°. 250) gevorderd behelzen moet, wanneer van het onderwijs der docenten, en van de vorderingen en het gedrag der scholieren zal worden gezwegen. Immers kan de bedoeling niet zijn een zoogenaamd tabellarisch overzigt te ontvangengelijk dit onder eene vroegere orde van zaken voorkwamen dat ook nu nogtwee maal ’s jaarsvan ons gevraagd wordttot voorlichting van den Rijkswetgever. Vrijmoedige beoordeeling en blootlegging van den staat en de vruchten van het onderwijs aan het Gym nasium, strookt evenzeer met den geest des tijds als met onze

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1869 | | pagina 209