L I- I I I 51 Mannen. Vrouwen. 86 2 45 39 13 8 12 15 53 zijn verpleegd 7 1 9 2 25 - 12 94 46 3 L Daarvan zijn Overleden In het geneeskundig gesticht voor krankzinnigen overgebragt In daartoe bestemde inrigtingen overgegaan Bij bijzondere personen uitbe steed Zoodat het aantal verpleegden op 31 December 1869 beliep. 1 6 zijnde 8 verpleegden meer dan op hetzelfde tijdstip des vorigen jaars. Van de 119 bestedelingen in 1869 werden vijf voor rekening van andere gemeenten verpleegd, waarvoor 173,70 7 33 - ■119 uit werd in den loop des jaars ver meerderd door de opname van zoodat in 1869 in het geheel I Ontslagen als in staat om zelve ,J in hun onderhoud te voorzien den gang der huishouding en in eene behoorlijke verpleging der onder hun opzigt gestelde personen weten te voorzien. De gezondheidstoestand der verpleegden, hunne vroegere levenswijze, die niet zelden zeer ongeregeld was, en hun leef tijd in aanmerking genomenmogt over het algemeen niet on gunstig worden genoemd, terwijl het Burgerlijk Armbestuur met opzigt tot hun gedrag, geene aanleiding gehad heeft om eenigen bijzonderen maatregel tot handhaving der tucht te nemen, behalve ligte straffen voor kleine vergrijpen. De bevolking van dit gesticht, die op 1 Januarij 1869 bestond Kinderen. Te zamen. 45

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1869 | | pagina 247