a. c. a. e. a. c. Racines grecques. latines. Vrije opstellen in het Fransch over een door den leeraar opgegeven onderwerp. d. Vertaling in het Fransch uit de Bloemlezing van Dozy en de Stoppelaar. Geschiedenis van de Fransche taal- en letterkunde, van de vorming der taal tot en met de eeuw van Lodewijk XIV. f. Oordeelkundige lezing van P. Corneille: le Cid; van Racine: les PlaideursEsthervan Molièreles Précieuses ridicules le Bourgeois gentilhomme1’Avare; van Alfred de Vigny: Souvenirs de grandeur et Servitude militaire. e. Natuurlijke historie. 1 uur. Herhaling van het vroeger geleerde en voortzetting der natuurlijke historie. (Zie 1ste en 2de kl.) i. Aardrijkskunde. 3 uren. a. Voortzetting van de algemeene Aardrijkskunde. b. Voortzetting van de Aardrijksk. van Nederland en de Nedl. bezittingen, volgens Kuyper en Pijnappel. c. Natuurkundige aardrijksbeschrijving. k Geschiedenis en staatsinrichting. 5 uren. Voortzetting der middeneeuwsche geschiedenis. Nieuwe geschiedenis, volgens Handleiding van L. Mulder. b. Vaderlandsche Geschiedenis van 1648 tot op onzen tijd. Inleiding der Staatsinrichting. Herhaling van de geheele Vaderlandsche Geschiedenis. l. Nederlandsche taal- en letterkunde. 2 uren. Herhaling der Spellingleer, volgens Dr. Matthes, en Syntaxis, volgens dr. Cosijn. Logische analyse, volgens van Dale. b. Stijloefeningen over onderwerpen door den leeraar op te geven. Lezing uit Brandt’s Leven van de Ruiter, door Dr. ten Brink, en Vondel’s Leeuwendalers (Nederl. Klassieken). m. Fransche taal- en letterkunde. 4 uren. Fransche spraakleervolgens PoitevinGrammaire fran<;aise compléte. b. Larousse e.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1870 | | pagina 175