6’. Schillerde dichter der humaniteit.
7°. De waardij van de studie der Latijnsche taal.
Bij het aanhooren werden wij telkens herinnerd aan Qitinc-
tilianus’ uitspraak: „Ut quisque vivit, eum ita quoque dicere;„
of aan Bu/foil’s zinrijk woord: „Le style c’est l’homme même.„
Deze jongelingen hadden bij afwisseling eene warmteeen’
gloed, eene edelaardigheid van gevoelens, die voor hen zelven
innam en tevens getuigde voor de schoolwaarin zij hunne
opleiding genoten.
Wij kunnen onze mededeelingen omtrent de vierde klasse
besluiten met dit advies van den leeraar in de natuurkunde
De vier klassen van het Gymnasium hebben mij dit jaar over
het algemeen meer reden tot tevredenheid gegeven dan vroeger f
vooral de vierde klasse heeft sommige gedeelten van natuur
kunde met liefde beoefenden al zijn dan ook de vorderingen
als men ze ernstig beschouwtten gevolge van bestaande om
standigheden nog gering, het was mij aangenaam ook bij leer
lingen van het Gymnasium belangstelling op te merken en lust
te zien om bekend te worden èn met physische verschijnselen,
èn met toepassingen op maatschappelijk gebied.
De derde klasse heeft gedurende den afgeloopen cursus niet
uitgemunt door vlijtnoch door zucht om hare achterlijkheid
in velerlei opzigt goed te maken. De vorderingen der tien
leerlingen waren over het geheel en in alle vakken gering
zoodat geen enkele prijs kon worden toegekend en zes niet ge
schikt werden bevonden om het onderwijs in de hoogste klasse
te volgenvan de vier overigen zal veel inspanning en oplet
tendheid worden gevorderdom niet op nieuw achter te blijven.
Bovenal trof ons de zwakheid in Latijnsche taalkennis; bij de
verklaring van een der brieven van Cicero raakten de meesten
telkens in verlegenheidvan smaakbekendheid met personen
en gebeurtenissenmet de gesteldheid en inrigting van den
Staatmet den werkkring der hooge staatsbeambtenbleek
weinig of niet. Het examen werd ook nog dit jaar afgenomen
door de leeraars zelvenieder in het vak of de vakken door
hem onderwezenof dit voor het vervolg regel moet blijven
is eene vraagdie wel overweging verdient. Dit is zeker