30 In liet afgeloopen jaar heeft alhier eene pokken epidemie geheerscht, waarvan de eerste gevallen zich hebben voor gedaan in de maand September; de epidemie heeft zich evenwel eerst in de laatste maanden van het jaar ont wikkeld, maar toen ook met dat treurig gevolg, dat tot 31 December als aangetast zijn opgegeven 766 personen, van welke 269 overleden zijn. Andere heerschende ziekten zijn niet voorgekomen. De genomen maatregelen, om de verbreiding der heer schende epidemie zooveel doenlijk tegen te gaan, bestonden: a. in de ontsmetting der woningen van de aangetasten en het doen verbranden van het beddegoed en de kleederen van overledenen; b. in een onderzoek naar het gevaccineerd zijn der schoolgaande kinderen op de openbare lagere scholen en de bewaarscholen; c. in het bevorderen der vaccine; b. dat de mestverzamelingendie alleen bij eene bij zondere vergunning worden toegestaan, aan het toezigt van de politie onderworpen zijn; c. dat, voor zoo veel de toestand der wateren door baggeren en uitdiepen kon verbeterd worden, dit met zorg is geschied, maar dat daardoor het hoofdgebrek niet werd weggenomen. Met de wateren bedoelen wij de stadsgrach ten en geenszins de slooten, want deze worden van liever lede gedempt of' overwulfd; in het afgeloopen jaar werden b. v. de sloot achter de Frederikskazerne door een riool vervangen en die vóór de kazerne gedempt dat geen veranderde inrigting der openbare gebouwen gevorderd werd, dan die aan de Hoogere Burgerschool vermeld onder Hoofdstuk V, pag. 15. II. Heerschende ziekten.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1870 | | pagina 35