L Den 12den January werd eeue school op den Noordwal aan gewezen als de plaats, waar pokzieken zouden worden ver pleegd. Spoedig ingericht beantwoordden de localen dezer school zooveel mogelijk aan hetgeen men aan den korten tijd van inrichting voor ziekenverpleging eischen kon. Aan Dr. H. de Zwaan werd de geneeskundige behandeling van deze zieken opge dragen; met zijn bekenden ijver kweet hij zich van die taak. Tot en met den 27sten Maart, nadat 94 zieken hunne ver pleging en verreweg de meesten hun herstel hadden verkregen bleef de succursale op den Noordwal open. Hierna kon zij worden ingerigt voor de gewone bestemmingwaaraan zij tijdelijk ontrokken was. Intusschen was de werkzaamheid in het Gasthuis eene niet geringe. Alle zalen waren gevuld; de kamers van elke klasse evenzeer. De ruimte der besmettelijke Afdeeling werd inge nomen door veel meer zieken dan de capaciteit der ziekenzalen toestond. Vele lijders der 1ste en 2de klasse lieten zich daarin op de gewone zalen verplegenwachtende tot dat het herstel en ontslag der lijders, die in de voor hen bestemde kamers werden verpleegd, hunne verplaatsing mogelijk maakten. De opname moest menigen lijder worden geweigerd door het gebrek aan de reeds betwiste ruimte. Met het oog op deze meerdere drukten was het mij welkom dat den 15den February door Burgemeester en Wethouders eene keus kon worden gedaan voor een Hulp-Geneesheer. In elke tijdsomstandigheid zal het goed zijn dat twee Geneesheeren in het'Gasthuis wonen; hierdoor alleen is mogelijk, dat de be langen der zieken en der Inrigting altijd naar behooren wor den behartigd. Nu was de keuze bijzonder noodzakelijk. Benoemd werd Dr. T. Bkeesnee op eene jaarwedde van 500, en het genot der andere voordeelen, door de Verorde ning van het gasthuis den hulpgeneesheer gegeven. Voor mij was hij een trouwe en ijverige hulp, die met zorg betrachtte al wat hem werd opgedragen. Door zijne aanwezigheid in het gasthuis, waarin hij met den gewonen gang van zaken weldra bekend was, kon ik in Junij eene maand verloftijd vragen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1871 | | pagina 153