Augustus geopend werden met 179 leerlingen, waarvan thans nog 170 aanwezig zijn, te weten: 42 in de hoogste, 50 in de tweede en 78 in de beide afdeelingen der 3de of elementaire klasse. Het getal der leerlingen, welke aan de Muzijkschool onder wijs op onderscheiden instrumentenin den solozang of in de theorie der muziek ontvangen, bedraagt thans: voor de Viool 24, Altviool 2, Violoncel 9, Contrabas 4, Fluit 4, Oboë 4, Clarinet 4, Fagot 3, Waldhoorn 3, Trompet 4, Bazuin 6, Pauken 2, Piano 75, Orgel 7, Solozang 12, Theorie 44. Het gezamenlijke aantal der leerlingen van de Muzijk- en de Zangschool bedraagt thans 260. De Orchestklasse en de klasse voor de beoefening van kamer- muzijk, beide onder de leiding van den Directeur, worden ge regeld ieder eenmaal in de week gehouden. In de eerstge noemde zijn een dertigtal leerlingen werkzaamdoor welke al de partijen bezet wordenmet uitzondering van 1 Fagot-1 Trompet- en 1 Bazuin-partij. In deze leemte wordt, wat de Fagot en Trompet betreft, voorzien door de onderwijzers voor die Instrumentenwelke geregeld in elke klasse medespelen tot groot nut zoowel van hunne leerlingen als van het geheel. Ook de onderwijzer voor den Contrabas volgt dit voorbeeld dewijl zijn medewerkende leerling nog niet ver genoeg gevor derd is om alleen voor zijne partij te zorgen. Aan de klasse voor de beoefening van kamermuzijk nemen 8 pianisten, 3 violisten en 2 violoncellisten geregeld deel; van tijd tot tijd worden de verstgevorderde leerlingen uit de klassen voor blaasinstrumenten daarin toegelaten ter medewerking bij de uitvoering van ensemblestukkenwaarin eene partij voor hun instrument voorkomt. Bovendien gaat de ijverige onderwijzer der eerste vioolklasse geregeld en met het beste gevolg voort, wekelijks aan zijne leerlingen onderrigt te geven in het spelen van strijk-quartetten quintetten enz., aan welke oefeningen ook eenige leerlingen der violoncelklassen deelnemen. Ten aanzien van de geregelde waarneming der lessen en het gedrag der jongelieden zijn de onderwijzers over het algemeen

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1871 | | pagina 246