Alzoo te zamen ƒ1727.37 Hieruit blijkt dus, dat het aantal winterbedeelden te Scheve ningen 11 gezinnen minder dan den vorigen winter heeft be dragen, terwijl de kosten van de te dezer zake uitgereikte ondersteuning, ƒ336.16^ beneden het bedrag zijn gebleven, van hetgeen daarvoor in de wintermaanden van 1870 moest worden besteed. Eene meer vroegtijdige hervatting der visscherij en het groo- ter vertier van daarmede in betrekking staande werkzaamheden en ambachten, oefende bijgevolg gunstigen invloed uit op het bedrag van den verstrekten onderstand, die vroeger dan het vorige jaar kon worden ingetrokken. Nog valt, met opzigt tot de ondersteuning in het winter- saizoen, op te merken, dat terwijl gewoonlijk de bedeeling van door het Burgerlijk Armbestuur ondersteunde personen, die aan den winterarbeid geplaatst zijn, geheel wordt inge trokken, voor ditmaal het Burgerlijk Armbestuur gemeend heeft zich, uit aanmerking der tijdsomstandigheden bepaaldelijk het heerschen der pokken-epidemie ten aanzien van die be deeling te moeten bepalen tot de intrekking van den geldelijken onderstand, en slechts in enkele gevallen tot geheele intrek king te moeten besluiten. sluitend te Scheveningen ook van mansbroeken, vrouwenrokken, kousen en klompen, en werden aan elk der gezinnen van tijd tot tijd eenige brandstoffen uitgereikt. Behalve de bovengemelde 463 bedeelden, werden nog ge durende eenige winterweken te Scheveningen, uitsluitend met brood en warme spijs, en voor ééns met eenige brandstoffen ondersteund, 195 gezinnen, te zamen uitmakende 954 perso nen, voor wie de bedeeling met den Isten Januarij of in den loop van die maand aangevangen, op den 28sten February eindigde. Aan dezen werden gezamenlijk verstrekt 21.137 spijsportiën vertegenwoordigende eene geldswaarde van ƒ1321.061 3486 kilogrammen roggebrood, ter waarde van 322.45| en 19.500 turven, ad83.85

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1871 | | pagina 259