tot 30 650 398 298 van het algemeen met het in het leven roepen der bovenbe doelde inrigting. Het aantal inentingen en herinentingendoor HH. Gemeente- Geneeskunstoefenaren verrigt, bedroeg van 1 Januarij September 1871 Door den heer Dr. H. C. Kips aan zijne woning. en door Dr. J. v. d. Mandele te Scheveniiif/en alzóo te zamen 1346 Bovendien zij met erkentelijkheid aan heeren Gemeente-Genees- kundigen vermeld, dat zij ook na geëindigd onderzoek omtrent het al of niet gevaccineerd zijn van op de bewaar- en leerscholen der Gemeente toegelaten leerlingen, ter bevordering van den regel om geene niet of met geen gunstig gevolg gevacci neerde kinderen toe te laten dat onderzoek hebben uitge strekt tot de bij iedere aanneming op nieuw toegelaten kinderen. Het aantal verlossingen, door de Gemeente-Vroedvrouwen verrigt, bedroeg in 1871, 126, waarvan 38 te Scheveningen. Blijkens de daaromtrent door heeren Gemeente-Verloskundigen ingezonden rapporten, was de afloop daarvan gunstig voor 125 vrouwen en 125 kinderen, waarvan 62 van het mannelijk en 63 van het vrouwelijk geslacht, terwijl voor 3 geboorten de afloop ongunstig is geweest, en ééne moeder is bezweken. Met betrekking tot het finantieël beheermeent het Burgerlijk Armbestuur te mogen doen opmerken, dat die uitkomsten alle- zins gunstig zijn te achten. Wel zag het Burgerlijk Armbestuur zich verpligt eene verhooging van het subsidie van 1200 aan te vragen, wegens de meerdere kosten van geneeskundigen onderstand en van begrafenissen, doch de overige posten bleven beneden de raming, of lieten af- en overschrijving toe, welke bijzonderheden verder, uit de dezer dagen over te leggen rekening, volledig blijken. Omtrent den staat der bezittingen en van de daarin voorge vallen veranderingen, waarvan het overeenkomstig art. 33 der verordening gewoon is aan het slot van zijn verslag mede- deeling te doen, merkt het Burgerlijk Armbestuur op, dat het in den loop des jaars ontvangen heeft een aandeel in de aan

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1871 | | pagina 270