32
d. Rivieren, kanalen, vaarten en bijbehoorende werken,
als: waterkeeringenoverlaten, lijnpaden, sluizen,
duikers, beschoeijingen, los- en lading plaat sen,
bruggen enz.
veeren. De kweekerij der Gemeente leverde voor de in-
boeting der bosschen voor eene waarde van f 548 aan
plantsoen.
Daarentegen moesten tot aanvulling der kweekerijen
worden aangeschaft 17,800 stuks boschplantsoen en 615
boompjes en veeren.
Met de waterpartij in bet Scheveningsche bosch werd
nu reeds eene lengte bereikt van 366 meters, zoodat
de vaart met 63 meters is verlengd. De glooijingen en
boorden werden met bagger gedekt en groepen boomen
daarin geplant, ten einde de boorden zooveel mogelijk
begroeid te doen zijn.
Behalve de 1000, die door de Gemeente als bijdrage
in het onderhoud van het ’s Gravenhaagsche bosch jaarlijks
betaald wordt, heeft zij voor de wandelplaatsen en plant
soenen in het geheel uitgegeven 5,887.105.
1°. Grachten, vaarten enz.
Over de eerste helft van het afgeloopen jaar geschiedde
het baggeren en diepen der grachten, vaarten en slooten
nog bij aanneming als een gedeelte der werken van den
pachter van haardasch en vuilnis. Sedert 1°. Julij 1871
heeft dit werk in eigen beheer plaats gehad en nam men
een proef met een stoombaggermolen voor het uitdiepen
der grachten. Aan de klagt over de ongelijke diepte der
grachten werd hierdoor al dadelijk te gemoet gekomen
en ook in andere opzigten heeft de proef wel voldaan;
maar zij leverde ook vele bezwaren opdie welligt het
gevolg waren van de minder practische voorwaarden der
I
k