Bijlage M.
’s Gravenhage, 5 December 1872.
De Verordening, regelende den werkkring der Commissie
van bijstand in het beheer van de Gemeente-badinrigting vor
dert een jaarlijksch verslag. De vervulling van die taak heeft
hare eigenaardige bezwaren omdat bij een geregelden gang van
zaken weinig voorkomt, dat de belangstelling kan wekken en
de bijzondere vermelding waard is. Daarom wordt ook nu
weder groote beknoptheid in acht genomen.
De Commissie mag niet verzwijgendat zij dit saizoen heeft
aangevangen met eenige bezorgdheid voor den goeden loop der
zaken en voor de regelmatigheid van de dienst, dewijl zich in
het laatst van den winter bij den Directeurden heer J. F.
Dierkx, eene kwaal had geopenbaard, die zijne krachten sterk
aantastte en ook de gezondheidstoestand van den Secretaris
den heer C. Seelenhorst, zeer was verminderd.
Beiden hebben echter met voorbeeldigen ijver hunne taak op
nieuw aanvaard.
Niettegenstaande de vele smarten die hij leed en de voort
gaande slooping zijner ligchaamskrachten bleef de Directeur
werkzaam in zijn bestuur en toezigt en eerst een paar dagen
vóór zijn dood geraakte hij buiten staat zijne pligten te ver
vullen. Hij bezweek den 9den September, tot groote droef
heid van vrouw en kinderenen tot bijzonder leedwezen der
Commissie. Volgaarne brengt zij welverdiende hulde aan zijne
nagedachtenis; hij was voor de directie eener zooveel omvat
tende zaak als onze badinrigtingbij uitnemendheid berekend.