I’ het mijn pligt u hierop te wijzen en het verzoek tot u te rigten, dat hierin spoedig verbetering worde gebragt. Mij komt het voor, ook in verband hiermede, dat aan de afdeeling der besmettelijke zieken eene andere bestemming moet worden gegeven Deze afdeeling kan gedeeltelijk worden ingerigt voor de verpleging van zieke kinderenterwijl mijne overtuiging is dat besmettelijke zieken in tijden van epidemie niet meer moeten worden verpleegd in de Afdeelingdie hiertoe is bestemd. In deze afdeeling toch moeten mannen worden verpleegd zoowel als vrouwenhunne oppassing moet worden vertrouwd aan mannelijke verplegers en vrouwelijke' De inrichting der zalen is hiertoe al zeer ongeschikt. De zalen der zieke mannen grenzen bijna onmiddellijk aan die der zieke vrouwen: alle bovenzalen hebben toegang tot een gemeenschappelijken corridor de benedenzalen evenzeer; de aanraking dus van vrouwelijke en mannelijke zieken en hunne verplegers is door bet meest gestreng voorschrift en toezicht niet te voorkomen. Zieke menschen blijven niet altijd zwaar ziekde ondervinding leert dat het schadelijk worden kan convalescente mannen te doen vertoeven in de onmiddellijke nabijheid van convalescente vrou wen, terwijl de’verpleging wordt geschaad, wanneer mannelijke verplegers met de verpleegsters der vrouwen vrijen omgang hebben kunnen in de nabijheid der ziekenzalen. Hierbij komt, dat onze inrigting voor besmettelijke zieken uit de gewone afdeeling moet worden voorzien van al het noodige voedsel, ligging, kleeding, vuur, licht, enz.; dat al deze zaken moeten worden aangevoerd door personen, in de inrichting levende of onophoudelijk in aanraking met de dienstdoende per sonen van het Gesticht. Behoeft het wel betoog, hoezeer door deze aanraking de verspreiding van contagium en miasma wordt bevorderd Op grond mijner vaste overtuigingdat de verpleging van menschen, die aan besmettelijke ziekten lijden in de nu bestaande afdeeling voor ons Gasthuis en zijn naam naar buiten zeer verderfelijk is, gevoel ik mij verpligt nogmaals uw invloed en uwe hulp te vragen, om van den Gemeenteraad te verkrij gen, dat de besmettelijke afdeeling van het Gasthuis aan hare oorspronkelijke bestemming ontnomen mogen worden.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1872 | | pagina 148