a.
b.
a.
a.
i
b.
a.
b.
c.
b.
c.
d.
a.
b.
a.
b.
c.
d.
i. Aardrijkskunde. 2 uren.
Aardrijkskunde van Azië, Afrika, Amerika, Australië.
Voortzetting van de Aardrijkskunde van Nederland en de
overzeesche bezittingen, volgens Pijnappel.
k. Geschiedenis. 4 uren.
Vervolg der nieuwe Geschiedenis, zie 1ste klasse.
Vaderlandsche Geschiedenis, van 1572 tot 1713, zie 1ste kl.
l. Nederlandscue Taal. 3 uren.
Spelling en Vormleer volgens Dr. Cosijn, Nederlandsche
spraakleer, 1ste stuk.
Lezing uit de Bloemlezing van J. van Beers.
Stijloefeningen, door opstellen en vertalingen uithetFransch.
m. Fransche Taal. 4 uren.
Voortzetting van het maken van opstellen uit: Nouveau
Reeueil de Verenet.
Larousse, Lexicologie, Ire et 2me année.
Stijloefeningen.
Spraakkunstige lezing van Fransche schrijvers, volgens
Vinet, 2me partie, en G. Mcrlet, prose et poésie.
n. Engelsciie Taal. 2 uren.
Herhaling van de Preposition Verbs naar de Inleiding
van Cowan en Maatjes.
Etymologie in bijzonderheden en toepassing door opstellen
naar de Theoretioch-Praktische Spraakkunst van Cowan
en Maatjes.
Lezing en vertaling uit First English Reader (F. S. Gomm).
Words and Dialogues (Cowan en Maatjes).
o. Hoogduitscue Taal. -- 3 uren.
Duitsche Spraakkunst, volgens: Deutsche Sprachlehre von
Th. Meurer. Glilpen.
Vertalen in het Duitsch uit üebungsbuch zum Uebersetzen
aus dem Holliindischen in ’s Deutsch von Th. Meurer.
Duitsch lezen volgens: Hopf und Paulsiek II cursus.