ling onzer toekomstige ambachtslieden deed natuurlijk den Raad aldus handelen, in de hoop dat zijne mededeelingen een wel willend gehoor zouden ontmoeten en mogten leiden tot onderzoek naar en verbetering van den z. i. minder goeden toestand. In Maart jl. ontving de Raad hierop, door de tusschenkomst van Burgemeester en Wethouders te dezer stede, een zeer uit voerig antwoord van de Plaatselijke School-commissiewaarin de gemaakte bedenkingen weersproken werden, en genoemde Commissie geenszins de meening van den Raad scheen te deelen. De heer Inspecteur van het Lager Onderwijs beant woordde in September jl. in een lijvig beredeneerd stuk den brief van den Raad, en vereenigde zich, hoewel niet in alle, dan toch in vele opzigten met de daarin uitgedrukte meeningen. In den loop van het vervlogen Akademie-jaar besloot ook de Raad tot het oprigten van een cursus voor vrouwelijke leerlin gen, welke voornamelijk zou strekken, om meisjes, die zich wenschen te bekwamen voor het examen in het handteekenen bij het middelbaar onderwijs, daarvoor geheel te bekwamen. Het aangekondigd plan slaagde uitnemend, zoodat reeds op 17 April de cursus voor vrouwelijke leerlingen met 40 meisjes geopend werd. Tegen eene geringe geldelijke bijdrage wordt nu door den Directeur Koelman en den onderwijzer F. Becker tweemaal ’sweeks, onderwijs gegeven aan deze leerlingen, en aanvankelijk zijn de vorderingen, dié het meerendeel van haar maakt, zoo verrassend, dat men inderdaad deze proeve als volkomen geslaagd mag beschouwen. Zij teekenen naar voorbeel den en pleister, torwijl sommigen ook onderwijs ontvangen in anatomie en perspectief. Door het oprigten van een gebouw voor eene Hoogere Bur gerschool op het terrein der voormalige armeninrigting zal eindelijk ook voldaan worden aan den lang geuiten wensch naar eene goed ingerichte pleistergalerij. Door de belangstellende zorg van Burgemeester en Wethouders is namelijk in het bouw plan ook eene dergelijke zaal begrepen, welke door een over dekten gang met het Akademie-gebouw verbonden zal wezen. Hierdoor zal dus in het vervolg voor leerlingen ook de gelegenheid bestaanom op den dag de antieke pleisterafgietsels te bestuderen,

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1872 | | pagina 289