’s Gravenhaagsche Verbruiksvereeniging. Door de resultaten
van elders bestaande inrigtingen van dien aard aangemoedigd
besloten in September 1870 drie werklieden tot het in ’t leven
roepen van deze Vereeniging. Na veel moeite vonden zij 20
medeoprigtersdie zich den 2 Maart 1871 een bestuur kozen.
Een voorloopig reglement voor de ontworpen Winkelvereeniging
werd den 14 Maart daaraanvolgende goedgekeurdde definitive
statuten werden den 20 September 1871 bekrachtigd.
De Vereeniging doet inkoopen van levensmiddelen uit het
kapitaal, door de deelhebbers-werklieden bijeengebragt en heeft
een winkel ingerigt tot den verkoop in het klein aan leden en
niet leden. Zij is aan de welwillendheid van den Heer Luitenant
Bergé alhier, bestuurder der militaire producten-vereeniging
Algemeens 's Gravenhaagsche Wcrklieden-Vereeniging. Aan
het einde van 1872 was een nieuw bestuur zamengesteld dat,
in navolging van het afgetredene, zich bezig hield met den
inslag in het groot van aardappelen, om die in het klein aan
de leden der vereeniging te verkoopen. Deze operatie was in
1871 minder gunstig uitgevallenen het nieuwe bestuur trachtte,
door strenge contröle en een zoo zuinig mogelijk beheer, een
nieuw tekort op deze onderneming te voorkomen. De tot nog
toe verkregen resnltaten geven hoop op een gunstigen uitslag.
Na een zeer ruim pakhuis gehuurd te hebben werden, behalve
aardappelen, ook andere levensbehoeften als: erwten, boonen,
rijst, grutten, stokvisch, spek, reuzel, rundvet ten verkoop
ingeslagen. Het debiet overtrof de verwachtingde prijzen worden
trouwens zoo laag mogelyk gesteld. De bruine boonen bijv.,
die voor ƒ7.30 de 100 kilogram werden ingekocht, werden voor
8 ets. de kilogram verkocht; en zoo alles naar evenredigheid.
Met het plan tot het oprigten van woningen voor hare leden
werklieden was men minder gelukkig. De pogingen tot het
aangaan eener geldleening voor dat doel mislukten, evenzeer
als die, om eenige invloedrijke mannen voor het bouwplan te
winnen. Het bestuur blijft echter ook in die rigting werkzaam;
en voedt de hoop dat eenmaal ook aan deze zoo lang gevoelde
behoefte zal worden tegemoet gekomen.