I J I i I I Nog verdient vermelding eene poging, door den Heer J. W. Paesie, boekhouder in de rijtuigfabriek van de firma Hermans en C°. sedert November 1871 aangewend, om de werklieden dier fabriek tot spaarzaamheid aan te moedigen. Door wekelijksche bijdragen, waarvan het bedrag aan de deelnemers wordt overgelatendoch die niet minder mogen zijn dan 15 cents, wordt een fonds gevormd, waaruit regtstreeks aan de mijnen le kwalitait Ruhr steenkolen worden aangekocht en aan de deelnemersin evenredigheid hunner bijdragenzon der bijberekening van eenige kosten wegens provisie of beheer, worden verstrekt. Telde dit geheel belangeloos opgerigt fonds in 1871 reeds 48 deelnemersde Heer Paesie had de voldoening het in 1872 tot 63 te zien toenemen, en om ondanks de buiten gewoon hooge prijzen en den geringen voorraad, de beste steen kolen aan de deelnemers te kunnen leveren voor f 1.101 per hectoliter, franco aan huis. d. Instellingen en inrigtingen in het belang der nijverheid. Deze zijn even als in het jaar 1871: de Afdeeling der Vereeniging ter bevordering van fabriek- en van de werklieden der Algemeené Landsdrukkerij opgerigt en sedert 25 jaren bestaandeis insgelijks bestemd tot het verleenen van bijstand ingeval van ongesteldheid. Ook onder werklieden van andere vakken bestaan dergelijke Vereenigingen, die zich in den regel ten doel stellen: 1°. uit- keering van ziekengeld2°. het houden van eene jaarlijksche gezellige bijeenkomst. Een bewijsdat een wezenlijk besef van het nut van Vereeniging en van de kracht van het kapitaal bij de werklieden in het algemeen ontbreekt, óf wel, dat zij het doorzigt missen om duurzame grondslagen voor Vereeniging te vestigen, meenen wij daarin te moeten zien, dat bij vele dier vereenigingen, voor zoover ons bekend, jaarlijks het geheele batig saldo aan de kosten der gezellige bijeenkomst wordt opge offerd. Deze gewoonte bewijst, dat of het nut van kapitaalvor ming niet wordt begrepen, of wel de besturen niet genoegzaam het vertrouwen van de leden bezittenzoodat hun het beheer eener voortdurend toenemende kas niet wordt toevertrouwd.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1872 | | pagina 364