L Bh - RK' De dienst der Nederlandsche algemeene Railroute-maatschappij bestemd tot vervoer van personen van ’s Gravenhage naar Delft en omgekeerd, werd, voor zooveel ons bekend is, geregeld uitgeoefend. het vervoer van goederen van en naar het station té ’s Gravenhage. In de rigting van Gouda, Utrecht en het groot' spoorwegnet voorziet de Nederlandsche Rhijn-Spoorwegmaatsrhappij in dat vervoer. Deze levert minder stof tot tevredenheid. Het oneven redig hoog tarief voor de tusschenstations langs de concurrerende lijn bewijst voldoende, wat die Maatschappij doen zou indien zijonverhoopthet monopolie bezat voor het vervoer ook in de rigting van Rotterdam en Amsterdam. De aanhoudende klagten over het tarief op de aansluitingslijn tusschen de stations der Hollandsche en Rhijnspoorwegmaatsehappijen alhier zijn bewijzen te meer, dat de Directie, doof voor de eischen, die met regt aan eene publieke dienst mogen worden gesteld, tevens blind is voor de belangen van den handel. Of echter door deze hooge tariefsprijzenhet geldelijk belang der aandeelhouders het eenig doelwit, waarnaar de Directie toch schijnt te streven, is een hoog dividend inderdaad wordt bevorderd, mag worden betwijfeld. Niettegenstaande de directe verbinding met vele buitenlandsche spoorwegen, en ofschoon de goederen hier ter stede kunnen worden ingeklaard, wordt hiervan weinig gebruik gemaakt; eensdeels door de onbekendheid hiermede van de handelaars, anderdeels door de practijken van sommige expediteurs. Zoo werden bij voorbeeld successivelijk partijen koopmansgoederen van Dusseldorf of omstreken over Venlo verzondenniettegen staande op den vrachtbrief was aangeduid «via Emmerik direct op den Haag te Venlo werden zij, zonder voorkennis van den belanghebbende, ingeklaard waardoor meerdere kosten veroor zaakt werden en de belanghebbende aan proces wordt blootgesteld. Elk handelaar behoorde te weten, dat hij geen genoegen behoeft te nemen met de inklaring, door expediteurs zonder bepaalde order gedaan. te

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1872 | | pagina 375