-1 67 saizoen aan het onderrigt deelnamen 184 jongelieden. Hiervan waren 146 contribuerend lid en 38 ingevolge art. 7 van het reglement niet contribuerend, hetwelk een vermeerdering aanwijst van 50 contribuerende leden. Wij mogen daaruit besluiten tot de deugdzaamheid van het onderrigtwaarmede even als vroeger militaire instruc- van dat onderwijs was, dat teurs belast waren; de uitslag bij het einde van het saizoen 127 leerlingen volkomen geoefend bevonden werden; 27 eenigszins geoefend bleken en 30 die de lessen te weinig hadden bijge woond, als ongeoefend moesten beschouwd worden. Rij- en schermscholen. Omtrent de gemeente-rijschool heeft ons de Commissie van toezigt een gunstig getuigenis afgelegd De Directeur voorziet voortdurend in de behoefte aan goede paarden en zijn onderwijs vindt over het algemeen veel bijval. Dien ten gevolge mag de toestand dezer inrigting zeer voldoende worden genoemd en wordt daarvan veel gebruik gemaakt. Ook de staat van het locaal gaf reden tot tevredenheid dank zij de daaraan verrigte werkzaamheden en aange- bragte verbeteringen. Van de schermscholen van de heeren Siebenhaar en Regoor werden ons goede berigten medegedeeld, waaruit wij mogen besluiten dat die inrigtingen aan de bestaande behoefte voldoen en op de hoogte zijn van de, tegenwoor dige eischen der schermkunst. VIL Latlinsche Scholen, Gymnasia en Athenaea. De school voor voorbereidend hooger onderwijs, zijnde de tweede afdeeling van het gymnasium, werd bestuurd door een rector en een conrector, onder toezigt van cura toren. Het onderwijs was toevertrouwd aan zes leeraren, evenals in het vorig jaar. n r

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1872 | | pagina 73