Het toezicht.
in het meubelmaken A. Schoevebs
in het smeden Ph. Kaemebeb
in het schilderen W. H. J. Wundebmch.
Het schoolgeld is op 5 ’sjaars bepaald.
Met 41 leerlingen, die na een zeer elementair examen, be
trekkelijk het lager onderwijs afgenomenwaren toegelaten
werden de lessen aangevangen. Nog werden 6 in October opge
nomen, zoodat het jaar met 47 leerlingen eindigde. Het onder
wijs wordt gedurende den winter 18731874 slechts in ééne
klasse gegeven, die echter voor de teekenles te sterk bezet
bleek te zijnwaarom de leerlingen hiervoor in twee afdeelingen
werden gescheiden.
Wij hopen, dat deze jeugdige instelling, die zoozeer met
kracht haren werkkring aanvaardde, voortdurend door de bur
gerij moge worden gesteund, opdat zij in ruimen kring ten
zegen verstrekken en aan hare schoone roeping voldoen moge.
Art. 45 der wet. Van het uitreiken van bewijzen als in
dit artikel bedoeld, ontving onze Commissie in het afgeloopen
jaar geen kennis.
Art. 46a en 52 der wet. De scheiding van Gymnasium en
hoogere burgerschool was ook op onze Commissie van invloed. Bij
Raadsbesluit van 17 Juni 1873 (Verz. n°. 392) werd van de Ver
ordening voor de Plaatselijke Commissie van Toezicht van
12 Januari 1864 (Verz. n°. 230) het laatste artikelhoudende op
dracht aan haar der werkzaamheden van Curatoren van het Gym
nasium vervallen verklaard. Ten gevolge en naar aanleiding hier
van werd door U op 2 September aan de heeren Mr. F. de Gbeve
Jhr. Mr. J. K. J. de Jonge, generaal-majoor J. P. Delpbat
en Jhr. Mr. F. G. A. Gevebs Deynootop verzoek een eervol
ontslag als leden onzer Commissie verleend onder dankbetuiging
voor de vele en belangrijke diensten door hen aan het onderwijs
bewezen. In hunne plaats benoemde Uwe Vergadering de heeren
Mr. J. J. van Gevns Mr. J. Heemskebk Azn.J. G W. Fijnje
en R. W. A. Slditeb, die met de overgebleven leden, de
