VERSLAG aangaande den slaat der Koninklijke Muziekschool in 1873. Wederom hebben wij de eer, ter voldoening aan de ons bij het reglement opgelegde verpligting, ons Jaarverslag aangaande den staat der Koninklijke Muzijkschool aan Uwe Exellentie aan te bieden. Dubbel aangenaam is ons de vervulling van dien pligt, daar wij op nieuw mogen vermelden, dat de aan onze zorg toevertrouwde inrigting in een gunstigen toestand verJ keert. Tegen het einde van het schooljaar 18721873, over het grootste gedeelte waarvan ons vorig verslag liep, werd naar gewoonte in de maand Junij gedurende zes dagen in al de on derscheidene klassen ten onzen overstaan een grondig onderzoek naar de gemaakte vorderingen ingesteld. De uitkomsten van dat examen bleven niet beneden de verwachtingen welke men mogt koesteren, daar de geregelde loop van het onderwijs gedurende het schooljaar geene stoornis van belang door om standigheden van buiten ondergaan hadde onderwijzers zich zonder uitzondering met onverminderden ijver gestadig aan hunne vaak moeijelijke taak hadden gewijd, en daar ten aanzien van de getrouwe opkomst en de vlijt der leerlingenbehoudens weinige uitzonderingen, gunstige getuigenis in de maandelijksche rappor ten van den Directeur was gegeven. De vorderingen bleken over het geheel bevredigend te zijn. Inzonderheid werd met genoegen opgemerktdat de gestrenge maatregelen, ten vorigen jare verordend ter verzekering van Bijlage AA.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1873 | | pagina 269