personen (leden des gezins beneden de 18 jaren). Het aantal in de bedoelde afdeelingen uitgereikte ziekenbriefjes was 755 en te Scheveningen 625, alzoo te zamen 1380 minder dan het vorige jaar. Voorts werd die hulp in de Vide onderstandswijk (Godshuizen), blijkens de sedert 1 Januarij 1868 nieuw aangelegde en sedert bijgehouden registers, aan 28 verpleegden minder dan in 1872 verleend. Wat het aantal der voor zijne rekening in de Gemeente- Apotheek gereed gemaakte geneeskundige voorschriften betreft, deze beliepen een cijfer van 63,021 en alzoo 6,025 meer dan in het vorige jaar. Hieromtrent valt evenwel op te merken, dat onder dat bedrag, uitsluitend voor het Gasthuis 25,076 voor schriften zijn begrepen; terwijl ten behoeve van andere Ge stichten of Godshuizen 7381 recepten werden gereed gemaakt, zoodat het aandeel in eerstgenoemd cijfer voor de huiszittende armen slechts 30,564 recepten, tegenover 33,181 in 1872 be draagt. In de Vde onderstandswijk {Scheveningen) beliep het aantal gereed gemaakte voorschriften 2213 minder, en alzoo omstreeks slechts de helft van dat des vorigen jaars. Bij gevolgtrekking meent het Burgerlijk Armbestuur uit het voorgemelde te mogen besluiten, dat de gezondheidstoestand in het afgeloopen jaar zeer gunstig mag genoemd worden; welk gevoelen mede werd uitgesproken door Heeren Gemeente-Genees- kunstoefenaren in hun over dat jaar uitgebragt rapport nopens de geneeskundige dienst. De verstrekkingen van breukbanden enz., die in 1873 ten behoeve van 441 personen plaats hadden, staan ongeveer gelijk aan die des vorigen jaars en geven geen aanleiding tot bijzon dere opmerkingen. Met opzigt tot de verpleging in het Gasthuis valt te vermel den, dat, terwijl daarin op ultimo December 1872 voor rekening van het Burgerlijk Armbestuur nog in verpleging waren over gebleven 108 personen, blijkens de hier vorenstaande opgaven in den loop des jaars voor zijne rekening opgenomen werden 720 lijders, welke 828 personen te zamen gedurende 44,063 -

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1873 | | pagina 295