A
bronnen van welvaart zijn wel is waar in het afgeloopen jaar
niet vermeerderd, maar de bestaande voorzagen ruimschoots
in de behoeften.
Verbeterde gemeenschap te water met het binnenland liet
zich nog steeds wachten. Ook in de kom der gemeente zelve
laat deze veel te wenschen over.
Het uitzigt op eene haven te Scheveningen stond op het
einde van 1873 zeker niet ongunstiger dan voorheen.
De spoorwegverbinding met Scheveningen zal en moet een
maal tot stand komen het blijft vooralsnog de vraag wan
neer en in welke rigting.
Dat de waterleiding in eene lang gevoelde behoefte voorzien
zal is niet te ontkennen; voor de nering en voor sommige in-
dustriën zal zij zeker ook van overgroot belang zijn.
De toekomst der gemeente-verlichting is nog in het duister
gehuld. Het oordeel schijnt niet voorbarig dat de bemoeijing
met deze industriële onderneming der gemeente voorshands vele
zwarigheden en bekommering gebaard heeft. Laat ons hopen
dat het eindbesluit van den Raad die moeijelijkheden spoedig
doe vergeten.
Het vreemden-verkeer, een van de voornaamste bronnen
van ’s Gravenhage’s inkomsten, had ook in 1873 geen gering
aandeel aan de welvaart der gemeentehet bezoek van vreemden
was over het algemeen zeer voldoende en de nieuwe bouwonder
nemingen aan het zeestrand mogten ook reeds een deel der
vruchten van dit vertier plukken.
Niet minder verheugt het ons te kunnen constateren dat
ook de nijverheid niet kwijnt, maar langzamerhand haar aan
deel in de welvaart der gemeente ziet toenemen.
Aan het einde onzer algemeene beschouwingen moeten wij
nog vermelden, dat ons Verslag ditmaal geen hoofdstuk bevat
over geld- en effectenhandel.
De reden daarvan ligt eensdeels in de omstandigheid, dat
de zamenstelling van dit hoofdstuk zonder de hulp van des
kundigen, (vroeger wèl, doch thans niet meer in de Kamer
vertegenwoordigd) niet voldoende kan geschieden; anderdeels
daarin, dat van verschillende zjjden de opmerking werd ge-