- "7 37 diphterites typhus J c. De toestand van gotenriolenurinoirs en van openbare gebouwen, zoo als scholen, gestichten, kerken enz., wordt daarentegen gaandeweg beter en zal onge twijfeld zeer gebaat worden door het in werking brengen der waterleiding, die goten, riolen en urinoirs geregeld zal doorspoelen en zuiveren. Buitengewone maatregelen tot verbetering van den toe stand der vorengenoemde werken werden niet genomen, anders dan met het oog op de nabijheid der Cholera, waarover in de volgende afdeeling wordt gehandeld. Op de gewone wijze had derhalve afvoer van vuil uit goten, riolen, privaten en urinoirs plaats; bij aanvragen om mestverzamelingen te mogen aanleggen, werd geregeld nagegaan in hoeverre daardoor nadeel aan de gezondheid kon worden toegebragt, waarvan het verleenen van ver gunning afhankelijk wasen de naleving der voorschriften bij verleende vergunningen gesteld, werd met zorg nage gaan; op het baggeren der grachten, vaarten en slooten van de Gemeente werd naauwlettend toezigt gehouden, terwijl de toepassing werd voorbereid van de Verordening van 21 Maart 1873 (Verz. n°. 383) op sommige slooten, wier toestand voorkomt niet in het belang te zijn van den algemeenen gezondheidstoestand. Ofschoon wij kunnen berigten dat onze Gemeente in hetafgeloopen jaar van heerschende ziekten verschoond bleef, werd toch sedert 1 Mei 1873, toen de wet van 4 December 1872 {Staatsblad n°. 134) in werking trad, de volgende aangifte van besmettelijke ziekten gedaan: 52 van roodvonk, 28 20 II. HEERSCHENDE ZIEKTEN.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1873 | | pagina 43