S3
Ten behoeve dier scholen werden geen subsidiën door
het Rijk of door de Provincie verleend. De Gemeente
voorzag in al de kosten en genoot daartegenover de school
gelden voor de leerlingen der scholen voor minvermogenden
en der burgerscholen voor meer uitgebreid lager onderwijs.
Omtrent den staat der schoollocalen en onderwijzers-
woningen werd reeds in Hoofdstuk V berigten ten
aanzien van de verhouding tusschen die localen en de be
hoefte in de Gemeente, verwijzen wij naar het verslag
der Plaatselijke Schoolcommissie (zie bijlage R). Daaruit
iets over te nemen achten wij minder wenschelijk, omdat
wij daardoor welligt de kennisneming van het verslag in
zijn geheel zouden benadeelenterwijl wij juist die kennis
neming aan iederen belangstellende in het onderwijs in
onze Gemeente ten krachtigste willen aanbevelen. In dat
verslag vindt men het verschil tusschen de bovenstaande
cijfers en die van het vorig Verslag toegelicht, terwijl daaruit
wenken worden afgeleid tot wijziging van bestaande toe
standen, tot uitbreiding der gelegenheden voor onvermo-
genden en minvermogendenom hunne kinderen van het
onderwijs te doen gebruik maken en vooral tot eene ver
betering van de schoolwijkverdeeling.
Nu reeds toe te zeggen dat aan die wenken gevolg zal
worden gegeven, zou bij al hetgeen steeds te verbeteren
blijft, minstens onvoorzigtig mogen heeten, maar de be
langrijkheid daarvan wordt door ons volgaarne erkend en
ongetwijfeld zullen zij ons tot leiddraad verstrekken bij
de voorstellendie van ons ter gelegener tijd tot doorgaande
verbetering der algemeene inrigting van hei onderwijs in
onze Gemeente mogen worden verwacht.
In den loop van dit jaar had geen aanbouw of vernieu.
wing van schoollocalen plaats. Als vervolg op ons vorig
Verslag herinneren wij evenwel aan den aankoop van het
huis aan den Zuidwal voor den bouw eener school ter