I r - 74 c.. van het Rijk of de Provincie; zij voorzag in de kosten en genoot de schoolgelden der leerlingen. De staat van het onderwijs is zeer voldoende, te oor- deelen naar de gunstige uitkomsten, die, ook blijkens het gemelde verslag’, van het goede onderwijs getuigenis geven. Als bijlage V voegen wij nog hierachter het verslag der Commissie belast met het afnemen van het eindexamen dezer school, gehouden in de maand Julij 1873. Aan zeven van de negen aspiranten, die aan het examen deel namen, kon het getuigschrift, bedoeld bij art. 55 der wet op het middelbaar onderwijs, worden uitgereikt. De staat der schoollocalen was vooralsnog voldoende. In de behoefte aan uitbreiding, die voortvloeit uit het toenemend aantal leerlingen, waardoor eene paralelklasse zou noodig worden, zal alsdan op de eene of andere wijze moeten worden voorzien. Aan schoolgelden werd over 1873 de som van ƒ555.60 ontvangen en wegens de kosten van het onderwijs werd uitgegeven de som van 7573.59^ Het materieel en de hulpmiddelen voor het onderwijs verkeerden in een goeden toestand. Het aanwezige wordt door den Directeur en de Leeraren met zorg bewaard en door doelmatige aanschaffing verkrijgt het voorhandene steeds grooter waarde. b. Bijzondere Teekenscholen. In het Verslag (bijlage T) wordt onder het Hoofdstuk: Het bijzonder onderwijs, in de eerste plaats de Academie voor beeldende kunsten vermeld. Hier naar dat verslag verwijzende, berigten wij omtrent deze instelling nader onder afdeeling VIII: Kunsten en wetenschappen. Openbare Hoogere Burgerscholen. Krachtens de verordeningen van 17 Junij 1873 is met BW -J’ I.,

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1873 | | pagina 80