79 inrigting, aan de billijke eischen, die men aan een rijschool doen mag. Omtrent de alhier bestaande schermscholen zijn ons geen bijzonderheden bekend. 20 13 7 voor namelijk ten aanzien van den staat van het onderwijs naar het verslag van Curatoren (bijlage Y), waarbij eene tabel is gevoegd bevattende de noodige opgaven betreffende het onderwijzend personeel enz.en waaruit wij de vermelding overnemen van het eervol ontslag van den Conrector Dr. C. van Osenbruggen, hetwelk hem, na eene werkzaam heid van 40 jaren aan onze Latijnsche school, op zijn verzoek werd verleend. De school werd tijdelijk gehouden in het pand naast het Raadhuis, hetwelk voor dat doel zoo veel mogelijk was ingerigt, doch dat vooral onvoldoende bleek, toen door de verordening van 17 Junij 1873 deze school als zoodanig opgeheven en met den nieuwen cursus als eene zelfstandige inrigting onder den naam van gymnasium voortgezet werd. De aanwijzing van het buis op den boek van het Westeinde voor deze nieuwe inrigting maakte Gedurende het schooljaar 1872/3, waartoe dit verslag zich grootendeels moet bepalenwerd de school voor voor bereidend hooger onderwijs alhier nog steeds bestuurd door een rector en een conrector, en was het onderwijs even als in het vorig jaar toevertrouwd aan zes leeraren. De schoolcursus werd grootendeels gevolgd door 56 leer lingen de 1ste klasse had 16 leerlingen. 2de 3de r 4de Ook nu weder verwijzen wijeven als vroeger, T) r n n n n VIL LATIJNSCHE SCHOLEN, GYMNASIA EN ATHENAEA. r> n T)

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1873 | | pagina 85