Bestek N°. 3. Bestek N°. 4. Het graven van de kanalen en het maken van de daarmede in verband staande werken. Aannemer F. H. van Malsen, te ’sGra- venhage. De kanalen zijn geheel en de verzamelput vóór 17 Juni ge deeltelijk op de volle diepte gebracht. De weg langs het kanaal is met kalkbries en kolencintels over de geheele lengte bedekt. Voor het onderhoud is 500 M.3 kolencintels en eenige zwarte grond langs den weg gevoerdom bij dooiweder in het begin van 1875 in de verharding van den weg te werken. De hectometerpalen werden langs het kanaal geplaatst. De stortgronden en de taluds der kanalen werden met helm tegen verstuiving beplant. De twee kanaalwachterswoningen werden gemaakt en met 15 October 1874 betrokken. De peilschalen werden geplaatst. Het eenjarig onderhoud dezer werken is den 23sten Juni 1874 ingegaan. Op den 8sten September 1874tijdstip waarop de stoompomp- werktuigen werden in beweging gesteld, was eene hoeveelheid van ruim 142 millioen liter water in de kanalen voorhanden. Op het einde van December 1874 bedroeg die voorraad bijna 163 millioen liter water of 21 millioen liter meer. liet maken van een machinegcbouw met ketel huis en schoorsteen, en de daarmede in verband staande werken. Aannemer F. H. van Malsen, te ’s Gravenhage. De werkenomschreven in bestek n°. 4zijn allen gedurende Eene hoeveelheid van 270 M.3 klei en 67 M.3 gewasschen grind zijn van de losplaats naar het pompstation vervoerd en aldaar opgeslagen. Na de voltooijing van het geheele werk is het eenjarig onder houd daarvan op 20 October 1874 ingegaan.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1874 | | pagina 147