Bylage B.
'sGbavenhage, 31 Maart 1875.
tiende jaarverslag moeten wij
Toenemende uitgaven.
1°. In 1872 is de stoommachine geplaatst. Hierdoor werd
overtollig de hulp van 4 personen van de Gemeentewerfdie
dagelijks tweemalen telkens gedurende 3 urenhet water naar
boven moesten pompen.
van wiens benoeming
Bij het uitbrengen van ons
wederen met leedwezenvermeldendat het personeel der
Commissie van bijstand in het beheer van het Gasthuis in
1874 eene verandering moest ondergaan.
De heer Pompe van Meeedebvoobt
wij gewaagden in ons vorig verslagwerd namelijk tot een
anderen werkkring geroepen.
Slechts ongeveer een jaar mogten wij ons verheugen hem in
ons midden te hebben en te waardeeren in veelzijdige ervaring,
vooral op geneeskundig gebied.
De Raad voorzag in deze opengevallen plaats door de be
noeming van den heer Schuüebeque Boeije.
Omtrent de opname en verpleging van lijders in het Gast
huis en meerdere bijzonderheden van dien aardvestigen wij
de aandacht op ’s Directeurs verslagwaarvan het afschrift
hiernevens ligt, terwijl wij de voldoening aan den wensch, aan
het slot van dat verslag uitgedruktzeer dringend aan onze
medeleden van den Gemeenteraad aanbevelen.
Evenwel is het niet ondienstig hier eenige later verkregen
ophelderingen te geven over bezwaren tegen toenemende uit
gaven en omtrent verplegingtijdens de behandeling der Ont-
werp-Gemeentebegrooting voor 1875 in den Gemeenteraad ken
baar gemaakt.