g had, aan reeds als wenschelijk erkend, werd vooral noodzakelijk, toen deze klasse, na het opnemen van 29 aspiranten bij het toela- ting-examen in Augustus, 42 leerlingen tegen de tweede 18 zou gaan tellen. Ten gevolge van door u genomen maatre gelen werden de vertrekken des Directeurs daarop voor de school aangewezen en tot aanstelling van een inwonenden concierge-amanuensis beslotenterwijl den Directeur eene andere woning verstrekt werd. Hierdoor kon aan de voorgenomen schei ding der eerste klasse gevolg worden gegeven en is het onder wijs veel gebaat. De schoollocalen bleken echter, ook na de toevoeging, niet voldoende, vooral uit het oogpunt der gezond heid. Voorziening in deze behoefte mag alzoo dringend noodig geacht worden, en naar ons gevoelen kan de tijd niet ver af zijn, dat tot het oprichten van een gebouw, opzettelijk voor deze school, zal behooren te worden besloten. Gedeeltelijke vernieuwing der schoolmeubelen is een voor het oogenblik noodig te vervullen eisch. Het is op den duur in het belang van het onderwijs der middelbare burger- en handwerkscholende eischen van toe lating tot de laagste klasse te verzwaren. Hoe meer door uwe zorg het peil van het openbaar lager onderwijs verhoogd wordt en het aantal van hendie met ge noegzame vrucht de gewone lagere school verlatentoeneemt des te gereeder zal tot gezegde verhooging van eischen zoowel voor de Burger dag- en avondschool als voor de Ambachtschool kunnen worden overgegaan. Ter uitvoering van de artt. 14 en 18 der Verordening voor de burger dag- en avondscholen werden door Burgemeester en Wethouders op onze voordracht instruction voor Directeur en Leeraren, en Bepalingen omtrent de schoollucht (Vers. n”. 416 tot 418) vastgesteld. Art. 17 jcto. 21. Het was voorzien dat het betrekken van het nieuwe gebouw der Hoogere liurgerschool met vijfjarigen cursus, hetwelk in het begin van het afgeloopen jaar plaats deze inrichting in alle opzichten ten goede zou komen. Behalve toch de frissche en ruime vertrekken, de betere ge legenheid tot het geven van onderricht in de natuurvakkenden

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1874 | | pagina 226