I I voegen in alle klassen van plant- en dierkunde aan aard- en delfstofkundescheikunde en warenkennis te veel bezwaard was gebleken. De heeren Schopte en Everts aanvaardden hunne betrekking met het nieuwe schooljaar, terwijl de heer Everts plant- en dierkunde in de laagste vier klassen op zich nam. Intusschen was den 2den Juni ook aan Dr. Th. P. H. van Aalst, leeraar in aardrijkskunde, nederlandsche taal en ge schiedenis, wegens diens benoeming tot Conrector aan het Gym nasium te Delfttegen den Isten September eervol ontslag verleend. Langdurig waren de overwegingen van het Dagelijksch Bestuur over de wijzewaarop in deze vacature behoorde voor zien te wordenwelke tot ons leedwezen te zeer met de vraag hoe de afdeeling der klassen voor het vervolg te regelen ware werden dooreengemengd. Ten einde stremming in het onderwijs te verhoedenhad de Directeur zichmet toestemming van Burgemeester en Wethouders, van de tijdelijke hulp van den heer Masthoff, leeraar in de aardrijkskunde aan de Hoogere Burgerschool te Delft, verzekerd, evenals (wegens het toenemen der Duitsche lesuren) van die van den heer Schwippert, bij zonder onderwijzer in het Duitsch en (om het ondoenlijke van te gelijk aan 30 leerlingen teekenonderwijs te verschaffen) van die van den heer van der Weele, boven bij de Burger dag en avondschool vermeld. Wij hopendat de thans ontworpen definitieve regeling spoedig door uwe goedkeuring moge achter volgd w’orden, opdat althans het volgende leerjaar zonder be zorgdheid voor het onderwijs kunne aanvangen. Directeur en leerarenzoowel vaste als tijdelijkekweten zich voorts met ijver van hunnen plicht, terwijl wij op prijs stellen dat de heeren Salverda de Grave en ten Brink, de eerste bij de aardrijkskunde, de tweede bij zijne overige belangrijke vakken, dit jaar de geheele geschiedenis op hunne schouders hebben geladen. Uwe Vergadering benoemde den 24sten November den heer J. H. Gisolf tot leeraar in de gymnastiek op eene wedde van f 600. Burgemeester en Wethouders beslisten, overeenkomstig ons voorsteldat deze in alle opzichten met de andere leeraars gelijk zal worden gesteld.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1874 | | pagina 231