1 24 Wij willen er hier met erkentelijkheid op wijzen dat van de drie jarendie door den Ingenieur voor den aanleg waren aangegeven, door hem niet ten volle voor dat werk is gebruik gemaakten dat van het uitgegeven kapitaal reeds over 1874 eenige voordeelen zijn getrokken. Van den Heer Th. Stang, door den Gemeenteraad den 24sten Maart 1874 tot Directeur der waterlejding aangesteld, hebben wij over de exploitatie in 1874 een verslag ont vangen dat als bijlage O hier achter volgt en waartoe wij de vrijheid nemen te verwijzendaaraan alleen nog de volgende bijzonderheden ontleenende: a. dat door de exploitatie, die met 1 October aanving met 787 aanvragen, op 1 January reeds moest voldaan worden aan 1002 aanvragen waaronder ook die voor de percelenwaarvoor water geleverd wordt op een meteren b. dat de bepaling van art. 7, 1ste zinsnede van het tarief, volgens welke het dienstjaar loopt van Mei tot Mei, het minder wenschelijk maakt, de opgaven van ontvang sten en uitgaven over het gewone dienstjaar te doen. De beproevingen der brandputten hadden geregeld plaats en leverden steeds de gewenschte uitkomsten op. Aan het onderhoud der openbare pompen werd bij voort during de noodige zorg gewijd. Wekelijks worden alle pompen onderzocht en dadelijk worden de ontdekte ge breken hersteld. In de hofjes, waar het drinkwater schadelijk voor de gezondheid werd geacht, is tot het tijdstip der opening van de duinwaterleiding van wege de Gemeente goed drink water verschaft. Met het oog op de gunstige bepaling in het tarief ten behoeve van hofjes werd die verstrekking 5°. Pompe n. t'

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1874 | | pagina 30