De Rijksgeschulgieterijonder directie van den Majoor der
artillerie R. A. W. Sluiter zag hare productie tot het maximum
opgevoerd. Deze inrigting werd door een aantal werktuigen uit
gebreid.
Onder de fabriekanten van knoopenwapens en militaire équipe
menten chaeots en lederwerk voor het legerzoomede van gouden
en zilveren borduursels en militaire ornamenten, onderscheiden
zich de inrigtingen van de firma’s P. Mansvelt en Zoon, W.
J. van Heijnsbeegen A. A. Knvijvee, Feans Pavwels en
van B. Schullee en Zoon. Haar toestand, ofschoon in het
algemeen gunstig genoemd zouvolgens onze berigtgeversechter
nog beter kunnen zijn, indien het nationaliteitsgevoel bij lands
en andere besturen wat krachtiger op den voorgrond trad. Meer
bijzonder beklagen zij zich, dat niet strikt de hand wordt ge
houden aan de bepaling, vervat in 'het RecueilMilitair 1870, blz.
239 en 240, luidende: „om voor eene toewijzing in aanmerking
te kunnen komen zal de inschrijver bekend moeten zijn, als be
zittende de vereischte b< Itwaamheid en gegoedheid om het aange-
nomene naar behooren te volbrengen.” In den laatsten tijd toch
is al meer gebleken, dat bekwaamheid voor het uitvoeren der
levering niet zoozeer in aanmerking komt als wel de laagste
a. Fabrieksnijverheid.
De Ijzergieterij en Fabriek van stoom- en andere werktuigen
der naamlooze vennootschap de Prins van Oranje directeuren
J. J. van Coeveeden en J. H. Hüijgens bloeit. Dit belangrijk
etablissement werd uitgebreid met een stoomwerktuig (Corliss
systeem) van p. m. 50 p.k. naai- de nieuwste constructie, steen-
kolenverbruik 1 kilo per uur en per p.k., met nieuwe Cornwall’s
stoomketel voor 5 atmospheren overdrukmet twee vuurgangen.
Het getal meubel fabrieken vermeerderde met die van J. Boeb.
Aller toestand was gunstig.
Ofschoon de bestellingen aan de beroemde rijtuig fabriek van
de tinna M. L. Hebmans en Comt. geregeld inkwamenoefenden
de tijdsomstandigheden een minder gunstigen invloed op den gang
der zaken uit.