33 2°. f 6,200 3°. - 18,725 4°. 1,488 5". 6,386 Gemeente-begraa fplaat sen. e. 1 over en die van het baggeren en diepen der grach ten, van het jaar 1873 tot 1877, aange nomen door C. Bosman, te Rotterdam, voor de som van f 31,000, en dus over 1874 die van het metselen van kaaimuren langs Cantaloupenburgde Bankastraat, den Zuidoostbuitencingel, de Prinsegracht en de Princessegrachtaangenomen door G. Key, te Rotterdam, voor die van het vernieuwen van eenige scboei- jingen, aangenomen door J. H. de Swart en Zn. voor die van het leveren a. van Stokholmer teer door J. Sillevis en Zn. voor f 21 per hectoliter, en b. van houtwaren aangenomen door H. H. van Gogh voor Ook over den toestand der algemeene begraafplaats hebben wij reden zeer te vreden te zijn. Voor het dage- lijksch onderhoud werd de noodige zorg gedragen daarbij bepaalde men zich niet tot het gebouw, maar die zorg werd gewijd aan de geheele inrigting en niet het minst aan het plantsoen. Hierdoor was het mogelijkaan de beplantingen op dat moeijelijk terrein de noodige ont wikkeling en uitbreiding en aan de begraafplaats een minder dor aanzien te geven. Behalve het gewone onderhoudwaartoe ook de binnen- verfwerken gerekend worden te behoorenhad de levering plaats van twaalf grafzerken, werden twee enkele graf kelders in de eerste klasse bijgebouwd en voorzag men in 3

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1874 | | pagina 39