1 si 1 Die voor de publieke verlichting en de Gemeentegebouwen tot de overname nog vastgesteld op 115 cent de M3, werd ver minderd op 7^, en 6-,% centen (Raadsbesluit van den 21sten September IL). Het aantal gasverbruikers bedroeg op den Isten Januarij 2992 en op den 31sten December slechts 2912. Het getal lantaarnlichten werd gebragt van 1493 op 1512 en bij gevolg met 19 vermeerderdde vermeerdering bestond uit petroleum-lichten. De inrigting der fabriek en de canalisatie bleven behoudens enkele wijzigingen, onveranderd. Aan het in werking brengen van toestellenwelke eene strenge controle mogelijk maken, aan de verbetering van een klein ge deelte der canalisatie op de fabriek en aan een scherp toezigt op de gasfabricatie, is het te danken dat het gasgebrek, waarvoor niet zonder grond werd gevreesd, is voorkomen, en niettegen staande een belangrijk grooter gasverbruik, in den winter van 1875/76, beter voorzien is in de behoefte der gasverlichting dan in den winter van 1874/75. Het personeel bij de overname der fabriek daaraan verbonden werd in zijn geheel behouden. Tot administrateur-boekhouder werd benoemd de heer K. H. Tip toen directeur der gasfabriek te Kuilenburg. De resultaten der exploitatie zijn allezins gunstig te noemen. Niettegenstaande de vermindering van den gasprijs met 1/3, is een batig saldo van 78,161.025 overgebleven en op de exploi- tatie-rekening der gasfabrieken van 1876 overgeschreven. Na bekomen Koninklijke vergunning, dd. 1 April, werd de oprigting eener tweede fabriek opgedragen aan den directeur der gasfabriek, met medewerking, voor het bouwkundig gedeelte, van den heer architect-directeur der Gemeentewerken. Al spoedig daarna werden de werken aangevangen en met zooveel kracht doorgezet, dat niettegenstaande den langdurigen en strengen winter reeds in deze maand met de gasbereiding en aflevering zal kunnen begonnen worden.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1875 | | pagina 238