De eindexamens.
ken, smeden en schilderen werden van /'400 tot /'450 verhoogd.
In de zamenstelling van het Bestuur had in 1875 geene ver
andering plaats.
aan het Koninklijk Instituut
Art. 56. De Commissie van eindexamens der Burger dag- en
avondschool diende haar verslag den 2den Augustus 1875 bij U
in. Behalve de dertien leerlingen der school, van welke acht zijn
geslaagd, meldden zich geene candidaten daarvoor aan.
Art. 57. Aan het provinciale eindexamen der Hoogere Bur
gerscholen onderwierpen zich veertien leerlingen der Hoogere
Burgerschool te ’s Gravenhageen bovendien uit deze Gemeente
één jongeling, die zijne opleiding te Delft had genoten. Aan
allen werd het verlangde getuigschrift uitgereikt.
Ten slotte volgt hier een
Het toezigt.
Artt. 46 en 52. In de plaats van den heer Mr. M. 8. Pols
in den aanvang des jaars naar Utrecht vertrokken, werd tot lid
der Commissie van toezigt benoemd de heer Mr. H. M. van
Andel, die het secretariaat heeft op zich genomen.
In de maand April zag de heer Mr. J. J. van Geuns, we
gens veelvuldige andere bezighedenzich genoodzaakt voor het
lidmaatschap der Commissie te bedanken. Hij werd vervangen
door den heer L. G. Brocx, vroeger gedurende eene reeks van
jaren Directeur van het onderwijs
voor de Marine te Willemsoord.
Voor het toezigt in 1876 op de Academie van Beeldende
Kunsten werden aangewezen de leden Brocx en Fijnje, en
voor dat op de Ambachtschool de leden Drijfhout van Hooft
en Sluiter. De heer Drijfhout van Hooff zal tevens het
voorzitterschap vervullen in de Commissie van eindexamens der
Burger dag- en avondschool, volgens art. 56 der wet.
De Commissie van toezigt hield in 1875 zestien vergaderingen,
van welke twee werden bijgewoond door den Inspecteur van het
Middelbaar onderwijs Dr. D. J. Stetn Parvé.