Collegie van Curatoren.
I-
VERSLAG van Curatoren omtrent den staat van
het GYMNASIUM der Gemeente ’s Gravenhage
gedurende het schooljaar 18741875.
Het laatste jaarverslagter voldoening aan art. 26 der orga
nieke verordening voor liet Gymnasiumonder dagteekening
van 1 Augustus 1874 aan ÜEd. Achtb. uitgebragt, bevatte aan
het slot de mededeelingdat en waarom al de leden van het
toen nog in functie zijnde collegie van Curatoren, den 24 Junij
1874 hun ontslag hadden ingediend, en gemeend hadden niette
moeten toegeven aan het verzoekhun bij ’s Raads besluit van
21 Julij 1874 gedaan, om dit in nadere overweging te nemen.
Nadat alzoo was geblekendat het besluit van de hoogst verdienste
lijke mannendie bij de nieuwe organisatie van het Gymnasium
den 1 September 1873 aan het hoofd daarvan stonden, om de
betrekking te verlatenwaarin zij zooveel tot den bloei dezer in
stelling hadden bijgedragen, zooveel bij name ook om de nieuwe
organisatie van het papier in het leven te roepen, onherroepelijk
vaststond, ging de Raad in zijne zitting van 13 Augustus 1874
over tot de aanstelling van nieuwe curatoren. Benoemd werden
de heerenMr. J. J. van Meeebeke J. M. Obbeen Dr. W.
J. A. Jonckbloet, Mr. A. N. M. Pit en Mr. O. W. Stab
Neman.
In de plaats van de heeren Pit en Jonckbloet dieblijkens
berigten, ingekomen in de Raadszittingen van 15 September en
Bijlage BB.