Gemeente-instelling. Het verschaffen van geld in tijden van behoefte. 3. INWENDIGE TOESTAND. NOTA VAN TOELICHTING, betredende de Stads Bank van Leening. Vergeleken met het vorige j aarwerden in 1875 minder be leend in getal panden 7062, in beleend kapitaal ƒ1797; bewijs dat in 1875in evenredigheid met het getalmm- panden van een hoog bedrag werden beleend. Hetzelfde verschijnsel vond plaats ten aanzien van de geloste panden. Tegenover 6425 panden die minder werden gelost, bedroeg de terug ontvangen som in 1875 daarentegen 1476 meer. Omtrent de verkochte panden is alleen op te merken, dat én het getal én het bedrag der daarop voorgeschoten som in 1875 iets grooter was dan in 4874; namelijk 213 panden, in beleend kapitaal voor 620. Alleen blijkt datin vergelijking met vorige jaren minder groote panden in de veiling werden gebragt. De ontvangen interessen op de geloste en verkochte panden te zamen genomen, waren in 1875 meer dan in 1874 954.855 welk verschil (daarbij ook nog in aanmerking genomen dat de rentetax op de kleine panden in 1875 met één percent is ver minderd geworden) zich daaruit verklaren laatdat op 1°. Ja nuari) van dit dienstjaarvergeleken met het vorige jaar (1". Januarij 1874), er aan saldo meer voorhanden waren 1471 pan den tot een bedrag van 9961.50, 2. DOEL DEE INSTELLING. 1. AAliD DER INSTELLING.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1875 | | pagina 358